Het tasje bestaat uit 4 gelijke stroken, die breiend aan elkaar gezet zijn. Behalve het wegwerken van draadeindjes, hoef je dus niet te naaien.
De breedte van de stroken bepaalt de maat van het tasje.
Gebruik 2 of 4 kleuren garen.
De verhouding van de stroken is altijd 4x zoveel ribbels als steken: als je 10 steken hebt opgezet, brei je 40 ribbels (=80 naalden). In dit voorbeeld ga ik hiervan uit.
STROOK 1
Zet 10 steken op en brei 40 ribbels (80 naalden), kant af.
STROOK 2
1 Neem uit de linker zijkant onderaan strook 1 10 lussen op en brei ze recht, keren.
2 brei 10 steken recht, keren.
3 Neem het eerstvolgende lusje van de strook op, brei deze verdraaid recht. Brei de tweede steek recht, haal de eerste over de tweede steek heen. Brei nu de naald uit (=9 steken recht), Keren.
4 Brei 10 steken recht, keren.
5 Herhaal stap 3 en 4 tot alle lusjes van strook 1 zijn opgenomen. Als het goed is, heb je nu 30 ribbels gebreid.
6 Brei er nog 10 ribbels bij en kant af.
Dit heb je nu gedaan.
STROOK3
Brei deze strook aan strook 2 vast, op dezelfde manier als je met strook 2 hebt gedaan.
STROOK 4
1 Neem, net als bij de andere stroken, 10 lussen op aan de zijkant van strook 3, brei recht, keren.
2 Neem aan de opzetrand van strook 1 een lus op, brei deze verdraaid recht, brei de tweede steek recht, haal de eerste steek over de tweede en brei de naald verder uit, keren.
3 Neem een lus uit strook 3 op, brei deze verdraaid recht, brei de tweede steek, haal de eerste over en brei de naald uit.
Herhaal stap 2 en 3 tot je 10 ribbels hebt, eindig met stap 2.
Als het goed is, heb je nu de goede kant van het werk voor je en heb je nu de opzet van de eerste strook helemaal meegebreid.
5 Neem een lus op uit de zijkant van strook 1, brei deze verdraaid recht, brei de tweede steek, haal de eerste over, brei de naald uit, keren.
6 Neem een lus op uit de zijkant van strook 3, brei verdraaid recht, brei de tweede steek, haal de eerste over, brei de naald uit, keren.
Herhaal stap 5 en 6 tot je alle lussen van strook 1 hebt meegebreid. =30 ribbels (60 naalden).
7 Brei nu nog 10 ribbels, waarbij je de laatste 10 lusjes van strook 3 opneemt en meebreit. Kant af.
DE SLUITING
Je kunt lusjes of ringetjes maken tussen de flapjes en sluiten met een trekkoordje, of je maakt draadjes, lintjes of koortjes aan de punten van de flapjes en sluit het met een stoppertje.
Tip: maak hem klein (ongeveer 7 steken breed) en je hebt een leuke verpakking voor een paar babysokjes!
Veel plezier!
Wat leuk,!!
BeantwoordenVerwijderenWat een leuk idee
BeantwoordenVerwijderen